VVD op lichte voorsprong

Gepubliceerd: 14-03-2017

  • Vier partijen dicht bij elkaar
  • VVD- en PVV-kiezers meest zeker van hun zaak, hevige concurrentie D66 en GL
  • Waardering Buma en Rutte toegenomen
  • Verwachte opkomst vergelijkbaar met 2010 en 2012, vooral zwevers op links
Vlak voor verkiezingen: VVD leidt, PVV, CDA volgen
Net voor voor de verkiezingen is het duidelijk: er is niet zozeer sprake van een tweestrijd, maar eerder van vier partijen die elkaar volgen - met een onderling verschil dat steeds net binnen de onzekerheidsmarges valt. Het verschil tussen de VVD (17,3% - omgerekend 27 zetels) en de PVV (15,2% - 23 zetels) is net niet significant. Het CDA (13,0% – 20 zetels) nadert de PVV echter, maar heeft D66 (11,4% - 18 zetels) binnen schootsafstand. Van een ‘horse race’ lijkt geen sprake. Ook aan de ‘switchmotieven’ (kiezers die naar een andere partij vertrekken) zien we weinig bewijs dat de strategische stem deze verkiezingen een grote rol van betekenis zal spelen.
De voornaamste winnaars van afgelopen week lijken voornamelijk CDA-lijsttrekker Buma (rapportcijfer: 5,4 naar 5,6) en VVD-lijsttrekker Rutte (van 5,6 naar 5,8). Het veldwerk had plaats vanaf zondagochtend (pal na de rellen rondom de Turkse minister Kaya in Nederland) en dinsdag rond het middaguur.

D66 heeft nog kans om flinke terreinwinst te boeken, maar moet dan wel veel kiezers overtuigen die twijfelen tussen de sociaal-liberalen en GroenLinks. Het omgekeerde is evengoed waar. Voor beide partijen geldt dat net iets minder dan de kiezers op deze partijen ‘zeker’ van zijn of haar zaak is – maar liefst vier op de tien GroenLinks-kiezers overwegen D66, en omgekeerd.
De strijd wie de grootste wordt op links, ligt sowieso nog helemaal open: SP (15), GroenLinks (14) en PvdA (11) staan allen vrij kort op elkaar. 50PLUS blijft stabiel op 6, net als de ChristenUnie. De Partij voor de Dieren staat op de 4, en de SGP op 3. DENK[1] staat (nipt) op twee virtuele zetels. Forum voor Democratie zit nu solide op één zetel, VNL en de Piratenpartij lijken te kort te komen voor een zetel. Datzelfde geldt voor de Burger Beweging, Nieuwe Wegen, GeenPeil, de Partij voor niet-stemmers, Artikel1, de Vrijzinnige Partij, Lokaal in de Kamer, Jezus Leeft en de Ondernemerspartij.

 
1 | Virtuele zetelverdeling pal voor de verkiezingen: gaatje VVD en PVV, CDA nadert PVV    
zetelpeiling-14mrt.JPG    

2 | Virtuele zetelverdeling 14 maart 2017
 
  TK 2012   22 dec ‘16 17 jan ‘17 31 jan
‘17
13 feb ‘17 20 feb ‘17 27 feb ‘17 9 mrt ‘17  
14 mrt ‘17
                  Zetels Marge %
VVD 41 23 29 22 24 25 27 26 27 24-28 17,3
PvdA 38 11 12 10 11 11 12 12 11 9-12 6,8
PVV 15 36 30 35 27 28 28 24 23 21-25 15,2
SP 15 13 13 14 11 11 13 15 15 13-17 10,1
CDA 13 13 16 16 18 18 17 17 20 18-22 13,0
D66 12 13 15 15 18 19 19 21 18 15-19 11,4
ChristenUnie 5 8 6 6 6 6 6 6 6 5-7 3,8
GroenLinks 4 13 14 15 16 16 13 14 14 13-16 9,3
SGP 3 3 3 3 3 3 3 3 3 2-4 2,2
50PLUS 2 13 9 10 9 9 6 6 6 5-8 4,2
PvdD 2 4 3 3 5 3 4 3 4 3-6 3,0
DENK - 0 0 1 1 1 2 2 2 1-3 1,4
FvD - 0 0 0 1 0 0 1 1 1-2 1,0
Piratenpartij 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0-1 0,4
VNL 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0-1 0,4
Overig 0 * * * 0 0 0 0 0 - 0,5
Bron: Kantar Public (TNS Nipo), 2017
 
Opkomstbereidheid lijkt redelijk hoog, aandeel zwevers nog iets hoger dan in 2012
Ondanks de weinig dynamische electorale verschuivingen lijkt de opkomstintentie niet achter te blijven bij 2010 en 2012: (iets minder dan) een week voor de verkiezingen geeft 74% aan ‘zeker wel’ te gaan stemmen. In 2010 en 2012 (toen uiteindelijk rond de 75% ging stemmen) lag de opkomstintentie rond dezelfde periode op een vergelijkbaar niveau. Het aandeel zwevende kiezers lijkt wat hoger dan in 2010 en (zeker) 2012. Slechts 52% van de ondervraagden met een partijvoorkeur (omgerekend: 42% van het electoraat) zegt ‘zeker’ van zijn of haar keuze te zijn (95-100% kans dat men op deze partij gaat stemmen). 
 

3 | Gemiddelde opkomstbereidheid, aandeel zwevers nog iets hoger dan in 2012

 
Gaat u stemmen op
15 maart aanstaande?
(Basis: alle ondervraagden, n=2.141)
2010
2-3 dagen voor verkiezingen
(%)
2012
2-3 dagen voor verkiezingen (%)
2017
2-3 dagen voor verkiezingen (%)
Hoe zeker is het dat u op deze partij stemt?
(Basis: kiezers met voorkeur voor een bepaalde partij, n= 1.774)
2010
2-3 dagen voor verkiezingen
80% heeft voorkeur
       2012
 2-3 dagen voor verkiezingen
82% heeft voorkeur)
2017
2-3 dagen voor verkiezingen (80% heeft voorkeur)
Zeker wel 72 73 75   % % %
Waarschijnlijk wel 16 15 13 Zeker (95-100%) 55 57 52
Waarschijnlijk niet 4 4 4 Zeer waarschijnlijk (75-95%) 31 28 32
Zeker niet 7 7 6 Waarschijnlijk (50-75%) 12 12 10
Weet niet/
geen mening
1 2 1 Kan nog alle kanten op (1-50%) 3 3 5
Bron: Kantar Public (TNS Nipo), 2017
 
Vooral ‘zekere’ kiezers bij PVV en VVD, verkeer tussen beide partijen droogt stilaan op
VVD- (63%) en PVV-kiezers (58%) zijn het meest ‘zeker’ van hun keuze – de zekerheid neemt bij
eerstgenoemde groep toe (vorige week: 55%). Kiezers van beide partijen zijn (op SGP-kiezers na) het
meest ‘geland’.
Veel lijken de partijen niet van elkaar te kunnen winnen, het onderlinge verkeer – groot in januari en
februari - is verder aan het opdrogen. De VVD moet het voor verdere groei vooral hebben van D66 en
CDA (en moet evenzeer naar deze partijen in de achteruitkijkspiegel kijken), de PVV kan eventueel
nog van de SP (en in mindere mate 50PLUS en VVD) kiezers winnen.
 
Nog steeds veel linkse ‘zwevers’
Nog altijd zijn kiezers op links het minst geland. D66,- SP-, en GroenLinks-kiezers zijn nog het minst
zeker van hun keuze. Ongeveer de helft gaat ‘zeker’ op hun eerste voorkeur stemmen. Onder de
andere partijen zijn – op 50PLUS en de Partij voor de Dieren na - kiezers zekerder van hun zaak.
 
‘Jesse Klaver spreekt me aan’ (stemde in de vorige meting D66, zou nu GroenLinks stemmen)

‘Strategische stem i.v.m. grote verlies PvdA. D66 is een partij die staat voor goed onderwijs, het is de enige partij die van begin af aan tegen Wilders in durfde te gaan’ (stemde in 2012 PvdA, zou nu D66 stemmen)

‘In het debat vond ik Roemer overtuigender’ (stemde in de vorige meting GroenLinks, zou nu SP stemmen)

‘De PvdA krijgt de schuld van het afgelopen kabinet en zijn bezuinigingen, terwijl ze verantwoordelijkheid hebben genomen. Uiteindelijk ligt de meeste schuld bij de VVD’ (heeft in 2012 niet gestemd, zou nu PvdA stemmen)
 
Op rechts zien we dat het conflict met Turkije ook zeker een rol speelt:
 
‘Na het gezeur met die Turken van afgelopen weekend denk ik dat er maar 1 partij is die het lef heeft om dit structureel aan te pakken en dat is de PVV’ (stemde in 2012 VVD, zou nu PVV stemmen)

‘Naar aanleiding van de zogenaamde Turkije crisis vond ik Buma erg sterk in zijn uitspraken (stemde in 2012 VVD, zou nu CDA stemmen)

‘Door de krachtdadige houding van het kabinet o.l.v. Rutte in het conflict met Turkije’ (stemde in de vorige meting D66, zou nu VVD stemmen)
 
Onderzoeksnummer: D0542
Het onderzoek is uitgevoerd middels de CAWI-methode (online). De steekproef is getrokken in TNS NIPObase. Aan het onderzoek werkten in totaal 2.141 Nederlanders van 18 jaar en ouder mee (bruto steekproef: n=2.815, totale respons: 76%). Veldwerkperiode: 12 maart 9.00 uur t/m 14 maart 2017 12.00 uur.
 
De steekproef is getrokken op basis van de ideaalcijfers voor geslacht, leeftijd, opleiding, Nielsen-regio, gezinsgrootte, etniciteit (Nederlanders met een autochtone respectievelijk migrantenafkomst) en politiek stemgedrag bij de verkiezingen voor de Tweede Kamer op 12 september 2012.
De resultaten zijn herwogen op geslacht, leeftijd, opleiding, gezinsgrootte, politiek stemgedrag bij de verkiezingen voor de Tweede Kamer op 12 september 2012 en etniciteit (‘autochtonen’ versus ‘mensen met een niet-westerse migratieafkomst).
 
We benadrukken dat deze peiling geen voorspelling van de verkiezingsuitslag op 15 maart 2017 is
Er is sprake van een dermate hoog aantal zwevers dat er in theorie nog forse verschuivingen kunnen plaatsvinden. Daarnaast hebben we in deze peiling met steekproefmarges te maken. Voor de grootste partij in de peiling (VVD, met 17,3%) komt dit overeen met (maximaal!) zo’n twee zetels hoger of lager. Het verschil met de tweede partij (PVV, met 15,2%) valt nog net binnen de onzekerheidsmarges, het verschil tussen PVV en CDA (met 13,0 %) eveneens.
 
Kantar Public werkte gedurende een aantal metingen met een zogeheten ‘rolling panel’: deelnemers aan een onderzoek werden opnieuw uitgenodigd voor vervolgonderzoeken. Dit betekende dat de steekproef wekelijks voor circa een derde werd ververst. Het voordeel van deze methode is dat veranderingen over langere tijd gezien met een kleinere steekproefmarge dan hierboven geschetst te kampen hebben.
 
Bij publicatie of verspreiding graag de bron: Kantar Public (voorheen: TNS NIPO) vermelden.
 
 
 
 

[1] De voornaamste potentiële kiezersgroep van DENK (niet-westerse allochtonen) is doorgaans ondervertegenwoordigd in ‘reguliere’ steekproeven (ook de onze). Sinds eind januari wordt, om de invloed van deze groep op de zetelverdeling beter mee te nemen, deze groep naar rato meegenomen - met als resultaat dat DENK nu 1,4% haalt (omgerekend nipt twee zetels).


Voor meer informatie kunt u terecht bij:
 

Manuel Kaal

t. 020 522 53 72
e. manuel.kaal@kantarpublic.com